De Brabantse woningcorporatie Woonbedrijf heeft steeds meer aandacht voor het binnenklimaat van hun woningen, niet in de laatste plaats vanwege de gezondheid van zijn bewoners. Maud Staassen is specialist binnenklimaat bij de afdeling vastgoedbeheer. âCorporaties en bewoners zorgen samen voor fijne woningen. Wijzen naar de bewoner bij problemen is vaak te kort door de bocht.â
Soms begint een loopbaan met één prikkelende vraag. Tijdens een college bouwfysica op Avans Hogeschool in Tilburg vroeg een docent de zaal: âWat is de hoogste kostenpost van een gebouw?â Het antwoord verraste Maud Staassen: de bewoner. Dat moment zette haar aan het denken. Staassen: âIn de jaren â80 kwam het fenomeen âsick building syndromeâ op, wat gaat over mensen die ziek worden door een gebouw. Aangezien mensen ongeveer 90 procent van hun tijd binnen doorbrengen, voelde ik me direct gemotiveerd om hier iets aan te doen.â
Richtlijnen in ontwikkeling
Staassen is specialist binnenklimaat bij Woonbedrijf, waar een gezonde woonomgeving een van de belangrijkste pijlers is. âWe letten op drie factoren: invloeden van buiten zoals klimaatverandering, het veranderende gebruik van woningen door bewoners, en bouwkundige kenmerken. Vorig jaar heb ik de richtlijn vocht en schimmel afgerond en nu ben ik bezig met de implementatie. Ik werk ook aan een richtlijn voor hittestress, beleid voor binnenklimaat en een richtlijn geluidsoverlast. Ventilatie en luchtkwaliteit komen ook vaak terug in deze richtlijnen.â
Veel woningen hebben geen koelmogelijkheden. âVanuit Woonbedrijf zetten we in op passief koelen in plaats van aircoâs plaatsenâ, zegt Staassen. âHet motto zou wat mij betreft landelijk moeten zijn: houd de hitte buiten. Aircoâs zijn niet duurzaam en verergeren het stedelijk hitte-effect. Het gebruik van zonwering heeft de voorkeur, maar een wooncomplex voorzien van zonneschermen is erg kostbaar. En daarna vraagt het onderhoud.â
Staassen kent twee gemeenten waar al subsidie bestaat voor zonwering en pleit voor verbreding van die regeling. âGemeenten hebben steeds meer aandacht voor vergroening, wat een mooie methode is van passieve koeling. Tegen de gevel, op het dak, in tuinen en op straat. Parkjes in de buurt zijn ook belangrijk voor gezond wonen. Daar kun je schaduw vinden en mensen ontmoeten.â
Kwetsbare bewoners
âVoor kwetsbare bewoners hebben we extra aandacht, waaronder senioren. Zij kunnen uitdrogen, hebben kans op een hitteberoerte of ervaren meer problemen met hart- en vaatziekten. Ze zijn kwetsbaarder voor hitte.â Ook mensen met mentale problemen verdienen extra aandacht. âIk was bij een bewoner met een oorlogstrauma. Ik zag iemand die aan het overleven was. Dan ben je met hele andere dingen bezig dan het binnenklimaat in je woning. In die gevallen is het belangrijk om samen met woonconsulenten te zoeken naar oplossingen die de woning weer leefbaar maken.â
âIk vind het belangrijk dat beleidsmakers zich realiseren dat ze beleid maken voor mensen die soms in lastige omstandigheden leven en wonen, waar je je soms niks bij kunt voorstellen. Ze moeten wel weten waar ze het over hebben. Ik vind dat heel goed verwoord in het laatste boek van Tim âS Jongers: âArmoede uitgelegd aan mensen met geldâ. Hij benadrukt daarin onder andere de waarde van ervaringskennis.â
Niet wijzen naar de bewoner
Staassen ergert zich in haar werkveld aan de term âbewonersgedragâ. âHet roept vaak verkeerde associaties op. Laten we die term niet meer gebruiken. Het klinkt alsof mensen zich verkeerd gedragen. Het klinkt beschuldigend en is te kort door de bocht,â vindt Staassen.
âIn plaats daarvan spreken we liever over âgebruik van de woningâ. Dat gaat over ventileren, verwarmen en andere aspecten van gezond wonen, zonder de negatieve lading. Binnen een werkgroep bij corporatievereniging Aedes die zich richt op vocht en schimmel, viel op dat bij sommige organisaties het omslagpunt van âbewonersgedragâ naar âgebruik van de woningâ nog niet is bereikt.â
âWe kunnen de cultuur veranderen door meer met bewoners samen op te pakken. Samen kunnen we ervoor zorgen dat mensen fijn en gezond kunnen wonen.â Staassen is specialist binnenklimaat, maar merkt dat dit onderwerp bij veel organisaties slechts een deeltijdtaak is. âIemand van een andere organisatie zei: ik hoop dat wij ook een Maud krijgen. Het is echt een groot vraagstuk. Het verdient fulltime aandacht.â