Peter de Kruijter, verpleegkundig specialist op de meldkamer van Rotterdam voor de regio Zuid-Holland-Zuid, vertelde over de werkwijze van de meldkamer en het zorgcoördinatieproject. Hij legde uit dat de meldkamer in Rotterdam één van de 25 Regionale Ambulancevoorzieningen (RAV's) in Nederland is, en dat zij zich richten op het verbeteren van de zorgverlening aan de voorkant van het proces.
De Kruijter beschreef het triagesysteem ProQA dat op de meldkamer wordt gebruikt. Dit systeem is gericht op het verdelen van beschikbare middelen en wordt wereldwijd op ongeveer 4.000 meldkamers gebruikt. Het systeem bevat 2.100 codes die corresponderen met verschillende urgentieniveaus. In Nederland kunnen centralisten momenteel kiezen tussen het sturen van een ambulance of doorverbinden naar de huisarts. Kruiter benadrukte dat ongeveer 30 tot 50 procent van de patiënten die een ambulance krijgen, deze eigenlijk niet nodig hebben.
De meldkamer in Rotterdam heeft sinds vorig jaar nieuwe urgenties ingevoerd, waaronder de ‘A-nul categorie’. Dat biedt meer flexibiliteit bij het omgaan met hoogdringende gevallen. De Kruijter gaf aan dat het ProQA-systeem zeer rigide is en centralisten verplicht om specifieke vragen te stellen en protocollen te volgen. Dat leidt tot een hoge mate van veiligheid, maar biedt weinig flexibiliteit bij minder urgente gevallen.
Patiënten doorverwijzen die geen ambulance nodig hebben
In februari 2025 heeft de meldkamer het Emergency Communications Nurse System (ECNS) geïmplementeerd als aanvulling op ProQA. Dit systeem biedt meer mogelijkheden voor triage en zorgcoördinatie, met ongeveer 200 protocollen die centralisten helpen om patiënten naar de juiste zorgverlener te verwijzen. Het ECNS-systeem maakt het mogelijk om patiënten die geen ambulance nodig hebben, door te verwijzen naar bijvoorbeeld de huisarts, ggz of thuiszorg.
Een belangrijk onderdeel van het zorgcoördinatieproject is de aanwezigheid van een arts op de meldkamer sinds 2023. Deze arts ondersteunt bij de triage en kan consulten geven aan centralisten. De Kruijter benadrukte dat het doel is om patiënten beter te bedienen door pas de telefoon neer te leggen als duidelijk is bij welke zorgverlener ze terecht moeten.
De helft minder ambulanceritten
Bij een pilot bij 48 patiënten bleek dat bij 25 van hen geen ambulancerit nodig was. Zij konden met eigen vervoer naar het ziekenhuis of werden doorverwezen naar hun eigen huisarts. De Kruijter benadrukte het belang van goede samenwerking met ketenpartners zoals huisartsenposten en ggz om patiënten efficiënt door te verwijzen en dubbele triage te voorkomen.
Tot slot sprak Kruiter over de toekomstvisie voor de meldkamer, waarbij gelaagde triage centraal staat. Hij benadrukte dat het belangrijk is om meer energie te steken in het goed bedienen van 112-patiënten en ervoor te zorgen dat ze bij de juiste zorgverlener terechtkomen. Het huidige systeem, waarbij alleen het spoeddeel wordt gedaan en de rest bij de huisarts wordt neergelegd, is volgens hem niet meer houdbaar.